Terug naar overzicht

 Terug naar vorige

Dinsdag 18 januari 2022

NEGEN OP DE TIEN CLUBS BEVESTIGEN DE IMPACT VAN COVID OP HUN FINANCIËN

Al meer dan tien jaar steunt ING het Belgische voetbal via haar partnerschap met de Koninklijke Belgische Voetbalbond (KBVB). De bank zet zich in voor de Rode Duivels en de Red Flames, maar wil ook een blijvende impact creëren aan de basis van de sport. In dit kader gaf ING aan de VUB en de ULB de opdracht om de eerste wetenschappelijke studie in België uit te voeren om het amateurvoetbal beter te begrijpen en de specifieke kenmerken en noden ervan te identificeren. Uit een bevraging bij 243 clubs, die in het kader van deze studie werd gehouden, blijkt dat covid een invloed heeft gehad op de financiën van negen op de tien clubs. Dit hoeft niet te verbazen, aangezien 77% van de clubs de opbrengst uit de “kantine” als hun voornaamste bron van inkomsten beschouwen. Uit de resultaten van de enquête blijken ook verschillen tussen de drie regio’s van het land. Bovendien blijkt dat een kwart van de ondervraagde clubs niet over een structuur beschikt voor jeugdspelers en dat zeven op de tien clubs moeite hebben om vrijwilligers te werven.

ING is sinds 2010 partner van de Belgische Voetbalbond en ondersteunt de hele activiteit, van amateur- tot eliteniveau. "Een objectieve evaluatie van het functioneren, de uitdagingen en de behoeften van de spelers in het veld leek ons een nuttige bron van informatie voor iedereen om vooruitgang te boeken. Wij hebben deze opdracht toevertrouwd aan de Faculteiten Sociale Wetenschappen van de ULB en de VUB. We hebben nu een solide wetenschappelijke basis en we zijn blij dat we die kunnen delen met de spelers in de sportwereld, zodat zij er ook gebruik van kunnen maken bij hun toekomstige ontwikkeling", aldus Delphine Baise, Hoofd Sponsoring, Evenementen & Veld bij ING België.

WAT BETEKENT AMATEURVOETBAL?

Onderzoekers van de VUB en de ULB begonnen met het aantal clubs en leden per gemeente in kaart te brengen, alsook de aanwezigheid (of afwezigheid) van jongens- en meisjesteams. Dit gebeurde telkens in vergelijking met de sociaaleconomische kenmerken van de gemeenten. De onderzoekers baseerden zich hierbij op de statistische gegevens van het Knowledge Centre van de KBVB. België telt bijna 1 800 amateurclubs (veldvoetbal, outdoor) die lid zijn van de Belgische Voetbalbond. De clubs spelen van 1e nationale tot en met 4e provinciale (waarbij D1A en D1B de enige twee “professionele” reeksen zijn). Dit komt neer op een gemiddelde van drie clubs per gemeente, al zijn er grote regionale verschillen.

VLAANDEREN TELT HET MEESTE AMATEURCLUBS

“De concentratie van amateurclubs hangt nauw samen met de bevolkingsdichtheid, maar ook met het gemiddelde inkomensniveau. Bovendien is het gebruikelijk om in industriegebieden een dicht netwerk van amateurvoetbalclubs te vinden”, verduidelijkt Emilien Paulis, docent-onderzoeker aan de ULB (Faculteit Wijsbegeerte en Sociale Wetenschappen). Het is dan ook geen toeval dat sommige grote steden, zoals Antwerpen, Mechelen, Genk en Gent (in Vlaanderen), Anderlecht (in Brussel) of Luik en Charleroi (in Wallonië) een groot aantal amateurclubs en leden tellen. In België is 4,3% van de bevolking – of bijna een op de twintig Belgen – aangesloten bij of lid van een amateurvoetbalclub (ter vergelijking: in Frankrijk ligt dit percentage op 3,3%). Met bijna de helft (48%) van de leden komt Vlaanderen op de eerste plaats, gevolgd door Wallonië (33%) en Brussel (19%).

EEN OP DE TWEE BELGISCHE GEMEENTEN HEEFT GEEN VROUWENPLOEG

Hoewel het amateurvoetbal over een relatief dicht netwerk van clubs beschikt en lokaal sterk verankert is, is het nog steeds in grote mate een mannenzaak. Uit de studie blijkt dat minder dan zeven op de duizend vrouwen lid zijn van een voetbalclub, terwijl bijna acht op de tien clubs geen vrouwenteam hebben. Ook hier zijn er regionale verschillen: de vervrouwelijking van het voetbal is meer uitgesproken in Vlaanderen dan in Wallonië.

EEN KWART VAN DE CLUBS MIST EEN JEUGDPLOEG

Jeugdvoetbal (voor spelers onder 21 jaar) is ook een prioriteit van Voetbal Vlaanderen en ACFF. Met bijna acht op de tien clubs (77%) die over minstens één jeugdploeg beschikken, is de situatie bemoedigend. Toch zitten niet alle gemeenten in hetzelfde schuitje. In een op de vier gemeenten is de structuur van de bestaande clubs niet geschikt om jeugdspelers te ontvangen. Deze tendens is bijzonder uitgesproken voor gemeenten in de provincies Namen en Limburg. Antwerpen, Gent, Charleroi en Luik zijn daarentegen de steden met de meeste jeugdploegen.

HET AMATEURVOETBAL LIJDT ONDER DE GEZONDHEIDSCRISIS

Volgens de enquête, waaraan zo’n 243 amateurclubs deelnamen, bestaat de belangrijkste opdracht voor twee op de drie clubs (61%) uit het versterken van de sociale banden. Daarna volgt de opleiding van de jeugd (57%) en het onderhoud van de infrastructuur (34%). “Voetbal, en specifiek amateurvoetbal, is diep geworteld in de samenleving. Het genereert sociaal kapitaal en zorgt voor verbinding met de bevolking. Het is dan ook logisch dat covid evenveel impact heeft op het amateurvoetbal als op andere delen van de samenleving. De huidige gezondheidscrisis vormt een reëel gevaar voor veel amateurclubs. In de eerste plaats voor hun clubkas, maar bij uitbreiding ook voor hun rol van maatschappelijke integratie”, zegt Emilien Paulis, docent-onderzoeker aan de ULB. De enquête bevestigt deze vaststelling: negen op de tien clubs geven aan dat covid hun kas impacteert. 62% van de ondervraagden spreekt zelfs over een aanzienlijke impact. Dit negatieve effect op de financiën van de clubs zou op termijn hun activiteiten en hun sociale rol in het gedrang kunnen brengen.

DE KANTINE IS DE BELANGRIJKSTE INKOMSTENBRON

Voor 77% van de amateurclubs is de “kantine” de voornaamste bron van inkomsten. Anderzijds is het niet de enige bron van inkomsten. Naast fondsenwerving (64%) en lidmaatschapsgelden (61%) draagt ook sponsoring (68,7%) bij tot de financiële gezondheid van de clubs. 60% van de clubs telt zelfs meer dan tien verschillende sponsors. De sectoren die het amateurvoetbal het meest steunen zijn horeca (66%), distributie (61%), bouw (45%), zelfstandigen (35%) en de bank- en verzekeringssector (31%). Ook hier zijn regionale verschillen op te merken. Terwijl de Vlaamse clubs meer afhankelijk zijn van sponsoring, lijkt het erop dat in Wallonië en Brussel de lidmaatschapsgelden de clubkas het meest spekken. Tenslotte doen Brusselse clubs vaker een beroep op overheidssubsidies. Wanneer ze worden gevraagd naar hun financiële gezondheid, zegt 45% van de amateurclubs dat ze in balans zijn, 30% heeft een positief resultaat, terwijl 25% in het rood staat. De meest genoemde uitgaven hebben betrekking op uitrusting/materiaal (71%) en infrastructuur (60%), op gelijke voet met de uitgaven voor de spelers (vergoedingen, transfers, lidmaatschappen, ...).

ZEVEN OP DE TIEN CLUBS HEBBEN HET MOEILIJK OM VRIJWILLIGERS TE WERVEN

Een amateurclub is meer dan haar bestuur en aangesloten spelers of speelsters. Er zijn verschillende mensen nodig voor zeer specifieke taken. Hen aanwerven en behouden, is geen gemakkelijke opdracht. Dit begint bij de vrijwilligers, van wie de aanwerving voor zeven op de tien clubs een probleem vormt. Ook ondervindt meer dan een derde van de clubs moeilijkheden om scheidsrechters in hun ledenbestand op te nemen, ondanks verzoeken van de regionale sportfederaties om dit te doen. Zonder scheidsrechter, geen wedstrijd. De jeugd is de toekomst van de clubs en toch vormt het werven van jeugdspelers een uitdaging voor bijna een op de drie clubs (30,5%), hetgeen de cijfers uit het eerste deel van de studie en de afwezigheid van een jeugdploeg in een kwart van de clubs bevestigt. Tot slot is er ook een schaarste aan trainers voor een kwart van de ondervraagde clubs (27%).

DE VIJF UITDAGINGEN VAN HET AMATEURVOETBAL IN BELGIË

In de conclusie van de studie worden vijf werkpunten geïdentificeerd om tegemoet te komen aan de uitdagingen die amateurclubs ondervinden. Het is belangrijk dat amateurclubs duurzame relaties opbouwen met de bevoegde overheidsinstanties en meer inzetten op de communicatie met de gemeentelijke en regionale instellingen die belast zijn met sportzaken”, zegt Jean-Michel De Waele, professor aan de ULB (Faculteit Wijsbegeerte en Sociale Wetenschappen). Jos Verschueren, docent sportmanagement aan de VUB (Faculteit Lichamelijke Opvoeding en Kinesitherapie), hamert op “de noodzaak om particuliere sponsors aan amateurclubs te binden en die te behouden, aangezien het financiële en soms sportieve voortbestaan van de clubs ervan afhangt. In dezelfde geest moeten opleidingen in clubmanagement worden ontwikkeld en permanent worden aangeboden, en moet de administratieve ondersteuning worden versterkt”. Voor Emilien Paulis, docent-onderzoeker aan de ULB is, “ een ander fundamenteel werkpunt het uitwerken van strategieën en instrumenten om clubs te helpen omgaan met het tekort aan vrijwilligers, vooral in clubs met een kleine structuur”. David Talukder, onderzoeker aan de ULB (Faculteit Wijsbegeerte en Sociale Wetenschappen), wijst er ten slotte op dat “de clubs bij het begin van de gezondheidscrisis hun activiteiten moesten stopzetten en dat we moeten nadenken over hoe we hen kunnen helpen om deze periode van aanhoudende onzekerheid te doorstaan”.


VOETBAL VLAANDEREN HEEFT ÉÉN DOEL: VOETBAL VOOR IEDEREEN

Voetbal Vlaanderen is blij met het onderzoek van de VUB en de ULB, dat dankzij de steun van ING kon worden uitgevoerd. De onderzoeksresultaten sterken de conclusies die de sportfederatie al maakte op basis van een bevraging bij meer dan 7 000 actoren van de Vlaamse voetbalgemeenschap

“Voetbal Vlaanderen zal prioritair werken rond verschillende thema’s:

  1. "Normen en waarden centraal stellen, zowel op als rond het voetbalveld: binnenkort volgt er een campagne en diverse acties om spelers, hun ouders en supporters te herinneren aan een sportieve en respectvolle sportbeleving.
  2. Het inzetten van extra middelen om de clubs optimaal te begeleiden op financieel, legaal en sociaal-maatschappelijk vlak.
  3. Het actief zoeken van partnerschappen: Voetbal Vlaanderen zal haar rol van ‘spin in het web’ spelen en zorgen voor optimale connecties tussen het amateurvoetbal en private/publieke partners.
  4. Inzetten op opleidingen, die een duidelijke noodzaak zijn voor onze amateurclubs, zowel sporttechnisch en niet-sporttechnisch.”

Onze Partners op 31/07/2022

©KVV Heusden-Zolder 2016 - Webdesign by Roger Put
Free hit counters